De Nederlandse Gebarentaal is net zoals andere gebarentalen die doven gebruiken een echte taal. Er zijn verschillende eigenschappen van menselijke talen die gebarentalen delen met de 6.000 gesproken talen in de wereld. In de eerste plaats kun je er alles mee uitdrukken wat je wilt. Door woorden met elkaar te combineren in zinnen kan een oneindig aantal verschillende zinnen gemaakt worden. In de tweede plaats zijn gebarentalen, net als gesproken talen, op natuurlijke wijze ontstaan, en niet door iemand bedacht. Wanneer mensen langere tijd bij elkaar leven in een groep, ontstaat er een nieuwe taal. In de oertijd ontstond zo stapje voor stapje de eerste gesproken taal. Gebarentalen ontstaan vaak op plekken waar veel doven samenkomen: vroeger gebeurde dat op internaten van dovenscholen en ook tegenwoordig nog ontstaan er nieuwe gebarentalen als mensen uit verschillende regio’s samenkomen bij een dovenschool in de stad. In Nicaragua is zo bijvoorbeeld in enkele tientallen jaren een nieuwe gebarentaal ontstaan. Deze taal was gebaseerd op de thuisgebaren die dove kinderen met hun gezinsleden hadden bedacht. Deze thuisgebaren namen ze in de jaren 1980 mee naar de dovenschool die was opgezet. Daar vermengden de thuisgebaren zich, en voor de volgende generatie kinderen werd die vermenging de moedertaal. Hoe de Nederlandse Gebarentaal is ontstaan weten we niet zeker, maar de oudste verhalen gaan terug naar de Guyotschool in Groningen. Ruim 200 jaar geleden kwamen ook hier dove kinderen van verschillende plekken samen toen deze school werd opgericht.
Gebarentalen zijn echte talen |