NGT (Nederlandse Gebarentaal)

Engelse term:
 SLN (Sign Language of the Netherlands)

Nederlandse Gebarentaal, afgekort NGT, is de taal die Doven in Nederland gebruiken. Er zijn in Nederland naar schatting 5.000 mensen die NGT als moedertaal hebben geleerd, en nog eens 10.000-15.000 mensen die de taal op latere leeftijd hebben geleerd. Zowel doven als horenden kunnen gebarentaal als moedertaal leren: als het maar vanaf heel jonge leeftijd tegen hen gebruikt wordt, zullen ze de taal vanzelf verwerven, net zoals horende Nederlanders de moedertaal van hun ouders leren.

De afkorting ‘NGT’ en de naam ‘Nederlandse Gebarentaal’ zijn vooral in zwang gekomen toen onderzoekers meer en meer gebarentalen met elkaar gingen vergelijken. Amerikaanse Gebarentaal werd afgekort als ASL, ‘American Sign Language’; ook dit is pas in de jaren ‘60-‘70 de standaardnaam geworden. De naam NGT kwam in Nederland op in de jaren ‘80. Het is typisch voor veel doven nog vooral een Nederlandse naam: zelf gebruiken ze meestal gewoon het gebaar GEBAREN. Als je vraagt of iemand NGT beheerst, vraag je dus ‘kan hij gebaren?’, en niet ‘spreekt hij NGT?’.